Nabij Zorg hanteert in- exclusiecriteria. Hiermee geven wij de grenzen van onze zorgverlening aan en benoemen criteria op basis waarvan kan worden besloten tot een weloverwogen keuze maken voor het leveren van zorg, het niet toelaten van een cliënt op een zorgvorm of tot overplaatsen van een cliënt naar een andere zorgvorm.
Op basis van de in- en exclusiecriteria bekijkt Nabij Zorg voor elke nieuwe cliënt of zij de gewenste en noodzakelijk zorg, behandeling en/of ondersteuning kan bieden en -in nabije toekomst- welke locatie het best aansluit bij de specifieke zorgvraag.
De in- en exclusiecriteria moeten gezien worden als een richtlijn. De zorgmanager van de locatie waar u wil gaan wonen, is verantwoordelijk en die uiteindelijk beslist of dat kan of niet.
Het kan dus zijn dat wordt vastgesteld dat Nabij Zorg géén passend zorg kan aanbieden. Dat kan samenhangen met de specifieke zorgvraag die een cliënt heeft. Wanneer Nabij Zorg de zorg niet kan bieden die de cliënt nodig heeft, dan zal Nabij Zorg de cliënt afwijzen. Nabij Zorg heeft zichzelf verplicht dit gemotiveerd kenbaar te maken aan de verwijzer (lees gemeente, Zorgkantoor etc). Stemt de verwijzer in met de motivatie van Nabij Zorg, dan nemen zij de zorgbemiddeling over. Als de cliënt dit wenst, kan Nabij zorg -in de vorm van nazorg- ook samen met de cliënt zoeken naar een andere zorgaanbieder.
Bij de intake van aspirant-cliënten wordt door onze orthopedagoog gelet op een evenwicht tussen cliënten met somatische en met een psychogeriatrische zorgvraag. De zorgzwaarte moet inpasbaar zijn binnen het zorgaanbod van Nabij Zorg en de mogelijkheden voor adequate en verantwoorde zorgverlening.
Het beleid van Nabij Zorg is er op gericht dat cliënten in principe niet worden overgeplaatst en we streven naar een directe match in hoeverre dit mogelijk is. Van dit beleid wordt afgeweken wanneer verblijf bij Nabij Zorg dan wel sociaal gezien niet meer verantwoord is. Dit kan het geval zijn wanneer:
Wanneer er sprake is van een van bovenvermelde situaties, zal op verzoek van de directeur en/of zorgmanager een multidisciplinair team worden samengesteld dat de situatie beoordeelt. Indien er snel gehandeld moet worden passende maatregelen genomen die op dat moment worden ingeschat op de ernst van de situatie.
Indien door het multidisciplinair team de conclusie is getrokken dat er structureel sprake is van ernstig gevaar of onverantwoord risico en dat tot uitplaatsing moet worden overgegaan, dan bespreekt de zorgmanager de uitkomsten van het multidisciplinair overleg met de cliënt en/of diens vertegenwoordiger.
In samenspraak met de cliënt en/of diens vertegenwoordiger wordt gekeken naar de mogelijkheden voor plaatsing elders. De zorgmanager begeleidt de uitplaatsing en onderhoudt de contacten met familie, verwijzer en bij de uitplaatsing betrokken organisaties.
Indien er sprake is van een acute crisissituatie zal zoals hierboven aangegeven op basis van het daartoe opgestelde beleid worden gehandeld.
